De ontwikkelingen rondom de motie-Piri over volledige embargo wapenleveranties aan Israël, het toetreden van Coenradie bij JA21 en het uitsluiten van de PVV door de VVD lijken grote invloed te gaan hebben op het electorale krachtenveld in de komende maanden.
Lees volledig artikel: De belangrijke electorale krachten voor TK2025 tekenen zich af
Twee weken
Het is twee weken geleden dat de vorige peiling plaats vond, kort na de val van het kabinet.
Er hebben sindsdien belangrijke gebeurtenissen plaatsgevonden die van invloed zullen zijn op de verkiezingsuitslag van 29 oktober a.s:
- De VVD sluit de PVV als regeringspartner uit
- GroenLinks/PvdA hebben een motie ingediend voor een embargo tegen Israël waardoor ook de Iron Dome getroffen kan worden.
- Ingrid Coenradie komt als nummer 2 op de lijst van JA21.
- Over de stikstofregels was er een heftige aanvaring in de Tweede Kamer tussen NSC en Minister Wiersma.
Dit heeft per saldo geleid tot een peiling, waarbij t.o.v. twee weken geleden:
- JA21 stijgt naar 8 zetels (+3), met de hoogste score sinds 2022.
- CDA stijgt naar 21 zetels (+2) met de hoogste score sinds meer dan 8 jaar.
- VVD daalt naar 22 zetels (-2) en is terug bij het lagere niveau van een half jaar geleden.
- Daarnaast zijn vier partijen 1 zetel gedaald, PVV naar 30, GroenLinks/PvdA naar 29, Volt naar 3 en NSC naar 0. En BBB is met één zetel gestegen naar 3.
In dit verslag zullen we dieper ingaan op de electorale posities tijdens de verkiezingscampagne over 3 maanden.
GroenLinks/PvdA en de motie Piri
Er is veel ophef geweest over de motie van Piri over het staken van levering van onderdelen aan Israël, ook ten behoeve van de Iron Dome.
Het lijkt erop dat velen dachten dat die motie de electorale positie van GroenLinks/PvdA duidelijk zou verzwakken. Maar dat is – althans nu – niet het geval.
Dat is ook af te leiden uit het antwoord op de vraag hoe kiezers reageren op deze motie. Deze grafiek is afgezet naar de stemkeuze TK2023.
Van de kiezers weten we ook nog wie er in 2021 GroenLinks heeft gestemd en wie PvdA. Van de GroenLinksers van 2021 is 69% nu positief en 5% negatief over de motie. Van de PvdA kiezers van 2021 is nu 43% positief en 20% negatief. (Van de GroenLinkse kiezers van toen stemt nu 80% GroenLinks/PvdA en van de PvdA-kiezers van toen 69%.)
Een belangrijke conclusie uit het antwoord op deze vraag, in relatie tot de ophef over de motie (maar die was er dus niet onder een groot deel van de GroenLinks/PvdA-kiezers) is dat de polarisatie onder de kiezers, maar ook bij de politieke partijen heel groot is.
Ook betekent dit dat de groeimogelijkheid van GroenLinks/PvdA electoraal beperkt is. Winst kan men alleen nog halen bij de linkse partijen, maar die hebben samen ook niet zo heel veel zetels “beschikbaar”.
De reactie op deze motie lijkt zowel de verkiezingscampagne, de uitslag als de formatie sterk te gaan beïnvloeden. Bij het beschrijven van de positie van de VVD wordt hierop teruggekomen.
De versterkte positie van JA21
JA21 is al een tijd aan een opmars bezig. Na 1 zetel gehaald te hebben bij de verkiezingen in 2023 is JA21 met een geleidelijke opmars bezig. Dat leidde tot een score van 5 zetels twee weken geleden. Nu Ingrid Coenradie heeft aangekondigd om als nummer 2 op de lijst te komen, zien we JA21 duidelijk electoraal versterken naar een score met 8 zetels. Even groot als D66 (op een gedeelde vijfde plaats).
Die 7 zetels winst van JA21 zijn afkomstig van: PVV 2, VVD 2, NSC 2 en BBB 1. Bij alle vier partijen zien we een extra effect van de komst van Coenradie door een stijging ten opzichte van twee weken geleden.
VVD zwakker/CDA sterker
Het electorale verloop van de VVD sinds de verkiezingen is heel interessant. Nadat de VVD had aangekondigd niet tot het kabinet toe te treden maar de regering te gedogen daalde die partij naar 14 zetels. Sinds februari 2024 ging de VVD geleidelijk stijgen met een stabilisatie rond 20 zetels in de tweede helft van 2024.
Eind van 2024 ging de VVD stijgen tot in februari 2025 27 zetels werd behaald. Daarna verzwakte de VVD weer en dat is na de val van het kabinet versneld.
Op dit moment geeft nog minder dan 60% van de VVD-kiezers uit 2023 aan weer VVD te zullen stemmen (het aandeel loyale kiezers is bij PVV en GroenLinks/PvdA bijna 80%). Maar wat zorgwekkend moet zijn voor de VVD is dat er weinig aanvoer is van kiezers van andere partijen in 2023 die nu aangeven wel VVD te zullen stemmen.
Het CDA daarentegen is sinds het begin van 2024 gestaag aan het stijgen. Het patroon loopt behoorlijk parallel met het wegzakken van NSC.
Het is echter zeker niet zo dat de winst van het CDA één-op-één afkomstig is van het NSC. Ongeveer 6 zetels van het CDA zijn daarvan afkomstig. Ook wint het CDA van de VVD (circa 4 zetels). Het CDA wint ook van de kiezers van links (circa 3 zetels zijn daarvan afkomstig) en ook van BBB. Van de PVV wint het CDA minder dan 1 zetel.
Als naar CDA en VVD wordt gekeken in het licht van de aanstaande verkiezingen dan lijkt het erop dat het CDA vooral de wind in de rug heeft en de VVD vooral tegenwind.
Want hoe kan de VVD zorgen dat de dalende trend wordt omgekeerd? Juist het uitsluiten van de PVV als regeringspartner (die in ieder geval op kort termijn geen zetelwinst heeft opgeleverd) zorgt voor een ingewikkelde situatie voor de VVD. Want iedereen die kan rekenen weet dat zonder de PVV een meerderheidsregering van de VVD alleen gesloten kan worden met in ieder geval CDA en GroenLinks/PvdA erbij.
Maar de optie dat de VVD met GroenLinks/PvdA zal (kunnen) gaan regeren zal de electorale aantrekkingskracht van die partij niet vergroten voor de kiezers aan de rechterkant. Terwijl naast het CDA als electorale concurrent ook JA21 een rol speelt, zeker met Coenradie in de geleden.
De volgende twee grafieken laten het grote probleem zien van de VVD. Het geeft aan hoe de kiezers van de verschillende partijen reageren op hetzij de PVV in de nieuwe regering of GroenLinks/PvdA.
Gevraagd is of men die partij wel of niet in de nieuwe regering wilde en in welke mate. (Besef dat daarbij doorgaans in het negatieve geval de keuze werd gemaakt dat men die partij absoluut niet in de regering wilde).
Besef daarbij dat de VVD-kiezers van TK2023, die nu aangeven geen VVD te stemmen, wel voor bijna de helft aangeven dat men wel de PVV in de regering wil hebben, terwijl degenen die nu nog wel VVD stemmen dat slechts voor 10% aangeven.
(rood betekent dus dat men die partij – absoluut – niet in de volgende regering wil)
Uit de grafiek is goed op te maken dat de partijen waar de VVD kiezers van zou moeten vandaan halen, zoals PVV, JA21, BBB en FVD de PVV juist niet willen uitsluiten. En het uitsluiten van die partij als regeringspartner verzwakt de VVD dus als partij waarop men dan wil gaan stemmen.
En die kiezers staan wel massaal negatief ten opzichte van GroenLinks/PvdA in de regering, zoals de volgende grafiek laat zien.
Dus kiezers van de partijen waar de VVD haar kiezers vandaan moet halen staan doorgaans niet afwijzend tegenover PVV en juist wel (sterk) afwijzend ten opzichte van GroenLinks/PvdA in de regering.
Dus dat wordt heel moeilijk voor de VVD om voldoende kiezers van die partijen aan te trekken. De enige concurrent waar men dan kiezers wel van kan aantrekken is het CDA. Maar juist die partij heeft de wind in de rug te hebben met Henri Bontenbal als lijsttrekker.
En het zou zo kunnen zijn dat als in de laatste 6 weken voor de verkiezingen het CDA groter is dan de VVD en dat juist het CDA kiezers zal trekken, die willen verhinderen dat GroenLinks/PvdA de grootste wordt in plaats van de VVD.
BBB en NSC in de stikstofslag
Tussen Minister Wiersma en NSC-kamerlid Holman ontstond een hevige aanvaring over het voornemen van de minister de minimale depositiehoogte van stikstof sterk te verhogen. NSC vond dat er overleg met MOB (Johan Vollenbroek) moest worden gevoerd om te voorkomen dat er rechtszaken zouden komen.
49% van de Nederlanders vindt dat de minister die plannen wel moet doorzetten en 43% vindt dat niet. Van degenen die in 2023 NSC hebben gestemd zegt 61% dat de minister het moet doorzetten en 30% dat er overleg moet komen.
Per saldo is t.o.v. 2 weken geleden de BBB 1 zetel gestegen en NSC naar 0 gedaald. Een ongekende situatie voor een partij die ruim anderhalf jaar geleden 20 zetels haalde.
Afsluitend
Het is nog meer dan 4 maanden tot de verkiezingen en er kan nog veel gebeuren. Maar een aantal belangrijke electorale krachten die dan een rol spelen tekenen zich af. De sterke polarisatie met zeer uitgesproken voor- en afkeuren ten aanzien van PVV en GroenLinks/PvdA zullen daarbij een dominante rol gaan spelen. Met een impact op de uitslag op de andere partijen.
Dat daarbij zich weer een partij aandient (JA21) die meer dan 5 zetels zal kunnen gaan halen, zal niet alleen de uitslag van de verkiezingen en wie de grootste wordt, sterk kunnen beïnvloeden, maar ook de daarop volgende formatie, die voorbestemd lijkt te zijn nog complexer te worden dan die van de afgelopen 2 keer.